Jeugdgezondheidszorg
Basisopleiding
Interdisciplinaire antroposofische ouder en kind (IAOKZ) module
Bestemd voor artsen, verpleegkundigen en verpleegkundig specialisten werkzaam in de werkzaam in de reguliere ouder- en kindzorg, op consultatiebureaus, die kennis willen maken met thema’s vanuit antroposofisch gedachtegoed belicht.
Doelgroep
Verpleegkundigen*, artsen en verpleegkundig specialisten die werkzaam zijn in de (antroposofische) jeugdgezondheidszorg op consultatiebureau voor ouder en kind van 0 – 7 jaar, of verpleegkundigen na de voortgezette opleiding hierin geïnteresseerd.
Inhoud
Aan de ene kant onderzoeken we de bewegingen waarmee het kind zich uiteenzet in de eerste jaren: groeien, het verbinden met zijn eigen lijfje, het leren van ‘ik ben ik en jij bent jij’ en de interactie tussen zichzelf en de omgeving. Aan de andere kant ontdekken we dat deze processen ook voor ons als volwassene gelden en hoe dit voor ieder van ons werkt. Met deze ervaringen kun je als professional dit zetten in de omgang met het kleine kind en de ouders. De cursist doet ervaringen op via het evenwichtszintuig, vestibulaire informatieverwerking, en via de bewegingszin, ook wel proprioceptieve informatieverwerking genoemd (Dunn, 2013).
In deze module worden inzichten ten aanzien van groei en ontwikkeling van het kind vanuit een dynamisch perspectief beschouwd; er worden beelden aangedragen, waaruit verschillende nieuwe interventie mogelijkheden voor het individuele kind en/of ouder voortvloeien. Thema’s die de revue zullen passeren zijn: opvoeding; zintuigontwikkeling; verbonden raken met het eigen lichaam; vaccineren en ziek zijn; warmte; voeding; kinderbespreking op consultatieburo, waarnemingen in dynamisch perspectief.
Uitgangspunt is de nieuwe definitie van gezondheid van Machteld Huber (BMJ, 2011), gebaseerd op de zes pijlers waarbij het vermogen zich aan te passen en een eigen regie te voeren, in het licht van de fysieke, emotionele en sociale uitdagingen van het leven, centraal staat. Dit genereert een positieve kijk op de gezondheid (Huber et al, 2016).
Elke dag wordt door een gastspreker een thema besproken en wordt door bewegen, euritmie dit thema verwerkt.
Vanuit het thema zoekt ieder zijn meest relevante aspect en werkt dit verder thuis uit. Zie werkwijze.
Gastsprekers
- Opvoeden Rineke Boerwinkel, jeugdarts
- Zintuigontwikkeling karin Houwing, kinderergotherapeut
- Verbonden raken met het eigen lichaam, Edmond Schoorel, kinderarts
- Ziek zijn en weer beter worden, vaccineren, Loes Klinge, jeugdarts
- Warmte Mirjam Zonneveld kinderverpleegkundige, docent
- Voeding
- Bewegen, euritmie, Ineke Geerlof, verpleegkundige en euritmist
Werkwijze
Vanuit de lezing maakt ieder zelf de vertaalslag naar zijn eigen praktijk. Dit proces wordt begeleid door het gehanteerde onderwijsconcept dat Coen van Houten heeft ontwikkeld ten behoeve van volwassen educatie.
Deze methodiek helpt om de feitelijkheden van de gegeven lezing helder te houden en je eigen relatie tot het onderwerp duidelijk te krijgen. Door te verwoorden wat je in de lezing aanspreekt en wat je afstoot, kun je in een volgende stap tot vragen komen die je hebt ten aanzien van het onderwerp. Deze vragen zijn een leidraad om tot verdieping van het onderwerp te komen.
Een onderwerp werk je zo uit dat je dit in de groep kunt presenteren. Tenslotte maak je een document dat jij én je collega's op het CB kunnen gebruiken.